zondag 30 september 2012

Verjaardag

Ze ziet er al maanden naar uit. De peuterklas verveelt allang. Ze is die ukkies ontstegen. Groot wil ze zijn. Letters wil ze leren. We maken een kalender en hangen die naast haar bed. Elke avond krast ze ongeduldig een vakje weg en vermeldt ze hoeveel nachtjes nog. We gaan naar de H&M voor nieuwe kleren. Roze is het thema. Alles moet roze. Van haar onderbroek tot aan de strikken in haar vlechten. 

Als ze dan eindelijk jarig is staat ze om vijf uur naast ons bed. Helemaal aangekleed. Stralend, verwachtingsvol en trots. Naïma Harmens is vier jaar. We trekken haar tussen ons in, in een vergeefse poging haar nog even te laten slapen. Dan stommelen we slaapdronken naar beneden, zetten haar op de versierde stoel, pakken de gitaar en zingen zo zacht mogelijk onze verjaardagsmedley. 

Even later fietsen we voor het eerst naar de Montessorischool. We hebben de nieuwe juf al ontmoet op het zomerfeest. Het is de allerliefste juf van de wereld. Ze heet Nanette en ze is tweeëntwintig jaar. Trots en een beetje zenuwachtig stapt Naiem de klas in. "Nee mama, je hoeft niet te blijven", zegt ze streng.

Om twaalf uur sta ik voor de eerste keer op het schoolplein om haar op te halen. Ik spot de andere moeders, een enkele parttimedoevader, de meiden van de tussenschoolse opvang en een stuk of duizend bakfietsen. Als ik de mijne straks nog maar terug kan vinden. De deur van de school gaat open. Nanette staat in de deuropening, de kinderen staan in een keurig rijtje achter haar opgesteld. Één voor één stappen ze naar voren, geven de juf een handje, en rennen naar hun moeder. Naïma staat ergens in het midden. Als ze Nanette aankijkt en een hand geeft krijg ik een brok in mijn keel. Man wat is ze klein. Man wat is ze groot. 

Twee jaar later sta ik op hetzelfde schoolplein om haar op te halen. De moeders ken ik inmiddels allemaal. Een paar zijn vriendinnen geworden. Of beter, partners in crime. Overdag schillen we appels, 's avonds bij de open haard drinken we liters wijn en biechten elkaar onze zonden op. Maar deze dag heb ik geen zin in kletspraatjes. Ik sta op het schoolplein en kijk naar Juul. Hij ligt een eindje verderop op het plein, op de koude tegels. Niemand kijkt er meer van op. Zijn luier steekt van achter een stukje uit zijn broek. Zijn T-shirt is nat van het kwijl. Vandaag is hij vier jaar geworden, maar het is een dag als alle andere. Ja natuurlijk hebben we slingers opgehangen. Natuurlijk hebben we hem op een stoel gezet en tweestemmig onze medley ten gehore gebracht. Natuurlijk kreeg hij een kado dat Naïma voor hem heeft uitgepakt. Natuurlijk hebben we er foto's van gemaakt. Maar jarig zijn, dat zegt hem niks. Hoe leg je uit wat jarig is aan een kind dat abstracte begrippen niet begrijpt? Een vriendin komt naar me toe. Ik barst in snikken uit.

Thuis bel ik de gasten af. "We gaan Julians verjaardag niet vieren", zeg ik iets te stellig. Één iemand waagt het te zeggen dat ik dat niet kan maken. Voor het kind. Ik ontsteek in woede. "Zodra Julian beseft dat hij jarig is gaat de vlag uit, knallen we champagne en komt de koningin op visite", bries ik. "Maar vandaag is een dag als alle andere. Want dat vindt dit kind nou eenmaal het fijnst".







1 opmerking: