zondag 25 november 2012

Nachtmerrie

Lieve lezers van mijn blog. Dit is voorlopig het laatste verhaaltje dat ik op het internet zal publiceren. Ik mag namelijk een boek maken. In het najaar van 2014 of in het voorjaar van 2015 zal dat boek verschijnen bij uitgeverij Thomas Rap. Daarin staan al deze verhaaltjes en nog heel veel andere. Ik dank jullie voor alle lieve en bemoedigende reacties. Vanzelfsprekend houd ik jullie op de hoogte van de voortgang. Gitta

Nachtmerrie

Tijdens mijn beide zwangerschappen word ik gekweld door dromen. Elke nacht word ik verrast door een nieuwe variatie op hetzelfde thema. In één droom fiets ik met mijn kindje voorop door de stad. Thuisgekomen zet ik mijn fiets op slot in het rek voor de deur. Ik pak de boodschappentas en klim de trappen op. Ik hang mijn jas aan de kapstok, zet thee, zak in de enige lekkere stoel, kijk om me heen en word ineens overvallen door het gevoel dat ik iets vergeten ben. Het kind. Mijn God, het kind. Ik vlieg de trappen af, naar buiten en daar zit het, met verkleumde handjes, in het zitje te wachten tot iemand het eruit komt halen.

In een andere droom heb ik het kind in een rugdrager gestopt. Ik stap wederom op de fiets. Thuis aangekomen is de rugdrager leeg. Ik heb het kind onderweg verloren.

Na de geboortes verdwijnen de dromen. Waarschijnlijk ben ik door de gebroken nachten gewoonweg te moe. Het zou ook kunnen dat ik er achter kom dat je je kind vrijwel nooit vergeet mee te nemen. De hond helaas wel, die liet ik ooit vastgeknoopt aan het hondenvastmaakpunt van Albert Heyn achter, toen ik bellend, rokend, een appel etend en tassen dragend op een te laat tijdstip naar huis holde om te gaan koken. Ook zag ik in mijn binnenspiegel een keer dezelfde hond met wapperende oren achter de auto aan rennen, toen ik haar in de haast vergeten was in te laten stappen. De kinderen hebben me dat nog steeds niet vergeven. Maar wat ze me nu en later ook allemaal mogen verwijten, ze kunnen niet zeggen dat ze ook maar één keer op het schoolplein hebben hoeven wachten, of dat ze moederziel alleen een nacht in het autostoeltje hebben doorgebracht.

In de bange periode vóór en vlak na de diagnose keren de dromen terug. Eén herinner ik me nog heel goed.

Het is zomer. Ik sta bij zwembad de Breek in Landsmeer. Een ontzettend braaf buitenzwembad, dat elk jaar opnieuw met sluiting wordt bedreigd. Ik sta met natte haren met mijn bakfiets aan de hand op het grind te praten met een andere moeder, terwijl de kinderen zich verderop vermaken. Naïma rent rondjes met haar vriendinnen en Juul laat steentjes door zijn vingers glijden. Ik ga zo op in het gesprek dat ik schrik als Naiem ineens ongeduldig aan mijn mouw trekt: "Mama, gaan we nou?" Ik kijk snel om me heen waar Julian is. Ik zie hem direct liggen. Hij ligt op zijn rug op het grind. Zijn ene been ligt in een vreemde kronkel. Zijn gezicht is bont en blauw. Er loopt een straaltje bloed uit zijn mond. Om hem heen staan vier jongens. Ze zijn groot en gemeen. Ze hebben stenen in hun hand waarmee ze hem doeltreffend bekogelen. Ze grijnzen. Ik kijk naar Juul en Juul kijkt naar mij. Hij probeert te lachen, alsof hij wil zeggen, "het geeft niet mama". Huilend word ik wakker.

Ik heb niet veel op met mensen die hun dagen vullen met het verklaren van hun eigen of andermans dromen. Ik heb al helemaal niets op met theorieën over voorspellende dromen. "Get a life", denk ik meestal vlak voordat ik afhaak. Toch moet ik bekennen dat deze droom me lang heeft bezig gehouden en me veel heeft duidelijk gemaakt.

Mijn verdriet gaat niet over autisme, of over verloren verwachtingen. Mijn verdriet gaat niet over de angst dat hij 'wellicht nooit zelfstandig kan wonen'. Mijn verdriet gaat niet over een pad dat anders loopt of een beetje zorg meer of minder. Mijn verdriet gaat over de weerstand die hij zal ervaren, de mensen die hem niet zullen begrijpen, de mensen die hem zullen uitlachen of pesten en de mensen die misbruik zullen maken van zijn naïeve vertrouwen in de wereld. Maar het allermeest gaat mijn verdriet over mijn onvermogen hem daartegen te beschermen.